Jan Stuve is in 2004 begonnen met Connecting Hands. Connecting Hands biedt begeleiding in allerlei soorten en maten, aan mensen die wel wat hulp kunnen gebruiken. Dat Jan in het zorglandschap terecht zou komen, was niet zo vanzelfsprekend. Als vijftienjarige startte Jan met werken in het psychiatrische ziekenhuis te Franeker, waar op dat moment ook zijn vader werkzaam was. Maar na een poosje besloot Jan het over een andere boeg te gooien… hij werd beroepsmilitair. Na zo’n vier jaar bij defensie gezeten te hebben, maakte Jan de overstap naar de nieuwe gevangenis in Leeuwarden. Hij had daar verschillende rollen, uiteenlopend van gijzelingsonderhandelaar – bewaarder op de PI – tot lid van het bijstandsteam. In die tijd kwam Jan tot een belangrijk inzicht: werken met mensen, daar lag zijn passie. Collega’s verbaasden zich er weleens over, hoe kon het toch dat Jan nooit betrokken was bij akkefietjes? Jan wist de gevangenen te raken. Met zijn uitstraling, gunfactor en ontwapenende manier van omgang, bereikte hij veel met deze mensen. Met dat inzicht besloot Jan dat hij wilde gaan werken in de jeugdhulp. In de gevangenis had hij gezien hoe het kan lopen met mensen die het op jonge leeftijd tegenzit. Hij wilde dit zien te voorkomen. Een HBO studie werd opgepakt en een nieuwe carrière was daarmee begonnen.
Connecting Hands startte in 2004 vanaf de zolderkamer van Jan. Zo’n vijf mensen werden door Jan begeleid. Inmiddels zijn we vijftien jaar verder en hebben ze meer dan tachtig medewerkers die zo’n driehonderd mensen helpen vanuit verschillende locaties in Friesland en Groningen. Jan ziet Connecting Hands als de Pietje Bell van het zorglandschap: “Wij zijn tegendraads en eigenwijs in wat wij doen. Protocollen en modellen gebruiken wij bijna niet. Wij geloven in de presentietheorie en dat maakt ons wel echt anders dan de meeste organisaties.”
Die presentietheorie laat zich in de praktijk het beste zien door de manier waarop werknemers en cliënten binnen Jan zijn organisatie met elkaar omgaan. “Wij houden niet van hiërarchie of gezag en praten niet over stoornissen of handicaps. We zijn allemaal mensen die op een eigen manier bijzonder zijn en zo gaan we ook met elkaar om. Vanuit gelijkwaardigheid elkaar vooruit helpen. Onze grootste kracht is dat we kunnen relativeren en dat we dat doen met een glimlach en een grapje op zijn tijd.”
Vanuit instanties als Woodbrookers krijgt Jan ook weleens de vraag: een jongere is bij ons al zes keer in de isolatie geweest en is hier eigenlijk wel klaar. Zou hij bij jullie terecht kunnen? “De aanpak die wij hanteren bij zo’n jongere is eigenlijk, dat wij gelijk een hand om zijn schouder slaan en met hem in gesprek gaan. Met humor en een luisterend oor proberen wij met hem aan de slag te gaan en dat werkt vaak aanstekelijk. Onze gedragswetenschappers zien vaak in korte tijd een positieve gedragsverandering en dat is natuurlijk fantastisch. Wij zeggen op alle hulpvragen ‘ja!’ Want ieder mens verdient een kans, ook al zien sommigen dat als een tweede – derde of laatste kans. Bij ons begin je op nul, zonder oordeel en zonder aantekening.” Die aanpak vraagt natuurlijk wel om een veilig klimaat waarin dit gerealiseerd kan worden. De randvoorwaarden creëerden Jan en zijn collega’s de afgelopen jaren, waardoor veel mensen de vestigingen van Connecting Hands zien als de veilige haven waar ze zichzelf mogen zijn.
Als een jongere 16 keer verhuisd is omdat niemand wat met hem kan, dan gelooft hij het de 17e keer ook wel. Dat snappen wij hier.
Een verhaal waar Jan trots op is, is het verhaal van een jongere uit Leeuwarden. Door een turbulent verleden zocht hij nu zijn heil in drugs. Van speed tot cocaïne en alles wat daar tussen zit. Het had een belangrijke rol in zijn leven. En zoals vaak aan de hand is bij drugsgebruik, bleef het daar niet bij. Diefstal, ruzies en conflicten waren aan de orde van de dag. Jan kreeg de vraag of hij deze jongere op kon vangen. De meeste organisaties waren tot de conclusie gekomen dat er bij hen geen plek was voor deze jongere. Hij was simpelweg niet te handhaven. Zoals gebruikelijk zei Jan gelijk ‘ja!’. Hij sprak met de jongere en stelde voor dat hij naar ‘Sin en Wille’ in De Veenhoop zou gaan. Veel mensen keken raar op, een stadse jongere naar De Veenhoop? Dat zou vast niet gaan werken…
Uiteindelijk is deze stadse jongere in De Veenhoop (waar weinig prikkels zijn) echt tot rust gekomen en heeft hij ineens perspectief. “Daar ben ik zo trots op. Dat dit in zo’n korte tijd tot stand gekomen is. Hij kreeg ineens een vorm van aandacht die hij niet verwachtte en dat werkt ontwapenend.” Jan ziet vaak dat veel jongeren, door alles wat ze meegemaakt hebben, een schild hebben gecreëerd waar lastig door te komen is. “Als een jongere 16 keer verhuisd is omdat niemand wat met hem kan, dan gelooft hij het de 17e keer ook wel.” Jan ziet dat de jongeren inmiddels gewend zijn geraakt aan weerstand en gedoe. Bij ons krijgen ze deze weerstand niet. Wij spiegelen, maar oordelen niet. We proberen het gesprek aan te gaan en ze te laten begrijpen wat hun gedrag voor effect heeft. Bij een zorgboerderij van ons in De Veenhoop hebben wij niet de regel: “Je mag niet weglopen.” Wel zeggen wij: “Als je wegloopt, dan maken wij ons zorgen.” En dat maakt heel wat anders los bij jongeren. Ook bij ons zijn er uiteraard regels, maar wij proberen afspraken zó op te stellen dat jongeren echt het gevoel krijgen dat het om hun gaat en niet om ons.
De aanpak van Jan kreeg onlangs ook de waardering uit politiek Den Haag. De minister had aangegeven dat de werkwijze, zoals ze die bij Connecting Hands hebben, de toekomst heeft en dat maakt Jan trots. “Wij bedenken niet om op een menselijke manier te handelen, dat zit in ons DNA en waardenpakket. Niet voor elke hulpverlener en niet voor elke cliënt past die aanpak, maar voor heel veel wel. Toen ik gebeld werd door een jongere die echt aan lager wal geraakt was en hij, na een poos bij ons te hebben gezeten, zich nu richt op de muziekwereld. Dat hij me vol trots vertelde dat hij in de top 10 met de meest gestreamde artiesten op Spotify staat… dan ben ik zo trots! Dat hij ons wilde bedanken. Want wat hij bij ons heeft ervaren, heeft ervoor gezorgd dat hij wat van zijn leven is gaan maken. Kijk, daar doen wij het voor!”
Straffen, regels en weerstand zijn niet altijd de oplossing voor gedrag dat niet binnen de kaders valt. Wanneer we ervan uitgaan dat we allemaal mensen zijn die aandacht nodig hebben, die houden van gezelligheid – een grapje en liefde, komt er een andere dynamiek tot stand. Deze intrinsieke houding werkt ontwapenend bij veel jongeren. Is het niet vandaag, dan is het morgen. Blijven geloven in- en tot de dag waarop de glimlach komt.
Daarom is NU de tijd aangebroken om elkaar te inspireren, uit te dagen & te helpen
We verzamelen voorbeelden en verhalen en creëeren nieuwe voorwaarden