Janneke is klinisch psycholoog en dus opgeleid als specialist. In haar geval, als kinder- en jeugdpsycholoog. Daarnaast is zij directeur Behandelzaken bij Jeugdhulp Friesland (JHF) en binnen die rol is zij inhoudelijk verantwoordelijk voor alle zorg die JHF levert. Die zorg begint bij ongeboren kinderen en eindigt bij het moment waarop kinderen 18 jaar worden. Janneke is verantwoordelijk voor de hulp die thuis geboden wordt, alle spoed- en crisishulp, de pleegzorg, een aantal residentiële groepen en de open- en gesloten groepen van Woodbrookers. Daarmee begeeft zij zich dagelijks in het hele spectrum van de complexe jeugdzorg. De ouders en kinderen waar Janneke dagelijks mee te maken heeft, hebben bijna altijd complexe problemen. Het feit dat ze als psycholoog diezelfde ouders en kinderen ook zelf ziet en spreekt, brengt een belangrijke balans. Het is de afwisseling, binnen haar werkzaamheden, die haar scherp houdt bij het bereiken van haar doel; het maken van het positieve verschil voor zoveel mogelijk ouders en kinderen.
Jonas (in verband met privacy een fictieve naam) heeft een voorgeschiedenis met veel ernstige traumatische gebeurtenissen. Agressie-incidenten zijn uiteindelijk de reden geweest om hem naar JeugdzorgPlus te verwijzen.Om veiligheid te kunnen bieden is het ‘t allerbelangrijkste dat er contact gemaakt wordt met de betreffende jongere, want zonder contact kom je niet in verbinding. Een taalbarrière maakt het leggen van contact extra lastig. Jonas komt dus onvoorbereid binnen, wordt letterlijk niet goed verstaan en dan ontstaan er hele forse agressie-incidenten. Als gevolg van deze agressie-incidenten, die als bron onbegrip hebben, neemt het gevoel van onveiligheid bij iedereen toe. De traumagerelateerde uitbarstingen, die Jonas heeft, zijn per definitie erg onvoorspelbaar en die onvoorspelbaarheid wordt versterkt door onverstaanbaarheid. Deze redenen resulteren uiteindelijk, tegen wil en dank, in een patroon van separeren. Slechter dan dit kun je het voor Jonas niet doen, alle oude wonden worden hierdoor onherroepelijk opengereten. Daarom hebben we vanaf het begin bij betrokkenen aangegeven dat we met hun om de tafel willen zitten, om zo snel mogelijk tot een goede oplossing voor Jonas te komen. Want de triggers – die bij geslotenheid ontstaan – roepen bij hem van alles op en dan is het van groot belang dat er snel een betere oplossing wordt gevonden.
Binnen de talloze overleggen die gevoerd worden, wordt steeds weer geprobeerd de oplossing binnen de geslotenheid te vinden. Maar binnen JeugdzorgPlus Nederland wil niemand Jonas opvangen, zij vinden – net als wij – dat dit niet de juiste plek voor hem is. Op een gegeven moment wordt de situatie onaangenaam en dan escaleert zo’n overleg. Je ziet rolverwarring ontstaan, waarin mensen onbedoeld elkaars positie gaan overnemen.Dat wat wij -als hulpverleners- als veilig ervaren, is lang niet altijd dat wat jongeren als veilig ervaren. Vaak gaat het over de veiligheid van hulpverleners. Want, wat als er wél wat gebeurt? Partijen komen dan mogelijk in de krant te staan en als hulpverlener krijg je wellicht te maken met het tuchtcollege. Het lijkt daar dan (impliciet) meer over te gaan, dan wat goed is voor iemand als Jonas.
Op een gegeven moment heeft Janneke aangegeven dat ze alles voor Jonas wil doen, maar dat een verder verblijf binnen JeugdzorgPlus een no-go is. Weer wordt er door betrokkenen vastgehouden aan de zoektocht naar een nieuwe plek binnen de geslotenheid. Voor Janneke is het glashelder dat hier de oplossing voor deze getraumatiseerde jongen niet ligt. Daarnaast vergt die zoektocht veel tijd waarin het steeds slechter met Jonas gaat. Ondertussen zit deze zeventienjarige jongen wisselend in de time-out en wordt het trauma met de dag groter. Na drie weken wachten op antwoord en keihard zoeken naar alternatieven, geeft Janneke aan dat haar organisatie bereid is om het aan te gaan buiten de bestaande kaders en zonder een (voorwaardelijke) machtiging gesloten. Er is een plek op maat gemaakt, inclusief bijbehorende hulpverleners.
Als ik voor dat bankje had gestaan, dan had ik er met tróts gestaan!
Op basis van haar vak durfde Janneke het aan, ondanks het risico. Er zou een goed team meegaan, vertrouwde hulpverleners bleven betrokken en ja; het kón fout gaan. Maar alles zou beter zijn dan een langer verblijf in geslotenheid en alles dat dit met zich meebracht voor de jongen én de medewerkers van Woodbrookers. De situatie van de Jonas verslechtert per moment en dan gaat het snel. In een overleg wordt besloten om dan maar snel een time-out-plek te regelen. In vliegende vaart wordt er druk achter gezet en wordt hij in een andere JeugdzorgPlus instelling geplaatst. Wederom een overplaatsing waar deze jongen vergelijkbare, negatieve ingrijpende ervaringen zal meemaken. Het op maat aanbod is nooit gerealiseerd omdat de locatie van het op maat aanbod in een woonwijk als té spannend werd ervaren en geen enkele partij garant wilde staan voor de kosten.
Wat is nou de hoofdmoot van dit verhaal? Een overmaat aan angst en je niet genoeg laten leiden door het vak om gewoon het goede te doen. Blijkbaar zijn dat andere dingen dan die we, als maatschappij, voor Jonas willen. Het heeft ontbroken aan moed en lef en dat heeft ons tot tranen toe geraakt. We stonden erbij en keken ernaar. De goede oplossing was ons uit handen genomen door andere krachten en die andere krachten hebben Jonas nog meer kapot gemaakt dan dat hij al was. Het heeft Janneke tijd gekost om het los te laten en het raakt haar nog steeds. Ze is er zelf van overtuigd dat het voor hem zo anders had kunnen gaan. Hoe kán het, dat hier niet voor is gegaan? Het zit niet alleen maar in de complexiteit van structuren en schotten, het zit veel meer in ‘wankelmoed’. We weten niet zeker of het alternatief gaat lukken, maar we weten zeker dat het pad dat nu is gekozen zéker doodloopt. We kiezen voor de schrijnende zekerheid in plaats van het béter voor zo’n jongen te maken – dat wat onze (intrinsieke) opdracht is. Alles wat er is gebeurd, druist in tegen dat wat je vindt dat je te doen hebt.
Wellicht dat andere getuigen van dit verhaal een andere kijk op het vertelde hebben. Maar gek genoeg doet er dat eigenlijk niet toe, want het resultaat is en blijft hetzelfde: er is voor Jonas níét gedaan wat goed is. Sterker nog, we hebben het sléchter voor hem gemaakt. En daar valt – hoe schrijnend ook – helemaal níéts tegen in te brengen.
*Omwille van privacy redenen is Jonas een fictieve naam. Het verhaal is dat zeker niet.
Soms hoef je dat niet op te schrijven, toch?!
En als we het dan toch hardop moeten zeggen: we missen een vorm van domein-overstijgende solidariteit, waarin we – op basis van een goed verhaal – samen voor de écht goede oplossing kiezen en daar ook samen voor blijven staan en gáán.
Daarom is NU de tijd aangebroken om elkaar te inspireren, uit te dagen & te helpen
We verzamelen voorbeelden en verhalen en creëeren nieuwe voorwaarden