jeugdzorg

Een domino-effect in een té grote groep

Na getuige geweest te zijn van een escalatie die zojuist -met een potentiële van Nu tot Nul ervaringsdeskundige- heeft plaatsgevonden, staat Richard buiten. Op een gegeven moment schieten er – onder begeleiding van twee medewerkers – allemaal jongeren naar buiten. Er komt een enorm kabaal vanuit de gemeenschappelijke ruimte, een jongen is bezig de boel volledig te slopen en neemt tegelijkertijd zijn medicijnen in… een poging tot suïcide? Medewerkers sturen de andere jongeren weg uit de situatie. Doetie komt aanlopen en krijgt door het raam contact met die jongen, er is connectie. Heel kort. En daarna is hij weer vertrokken…

Betrokken voorlopers in dit verhaal:

Richard en Doetie

Wij krijgen hier jongeren, die op andere plekken niet welkom zijn

Twee politieauto’s en een politiebusje komen het terrein van Woodbrookers opgereden. Doetie legt aan Richard uit dat dat protocol is wanneer er zo’n escalatie plaatsvindt. Maar waarom… wie wordt hier beter van? Richard is onder de indruk van het machtsvertoon, begrijpt de stap niet en wordt er triest van. Iets later, tijdens de evaluatie van de gebeurtenis, sluit ook Richard aan. Want, misschien heeft hij een punt vanuit zijn observatie…

De jongen die flipte, is sterk autistisch. Doetie kent hem goed en kan vrij goed contact met hem krijgen. Tijdens de escalatie merkte ze op een gegeven moment, dat ze het contact met de jongen niet vast kon houden. Uiteindelijk had hij niet veel medicijnen ingenomen, hij wilde dat zijn omstanders alleen maar doen geloven. Al met al een heftige situatie.

Mensen zijn bang voor deze jongen omdat hij fors kan escaleren. Om haar medewerkers niet te ondermijnen, grijpt Doetie gewoonlijk niet snel in om te assisteren. Tijdens dit moment sloot ze wel aan en greep ze in. En als iemand het heel erg bont maakt, dan kán het zijn dat hij of zij wordt meegenomen door de politie. Dan keert de rust ook even terug in de groep en kan de sfeer worden hersteld. In dit geval twijfelde Doetie over de hoeveelheid medicatie, die de jongen had ingenomen. Wanneer hij wél veel in had genomen, dan zou er eerst onderzoek moeten plaatsvinden, om vast te kunnen stellen hoe het met hem ging en wat hij ingenomen had. Dat was ook de reden dat Doetie hem liever bij Woodbrookers hield dan dat hij meegenomen werd door de politie. De politie komt niet van rechts, dat zijn de professionals. Althans… soms kun je vanuit het belang van de jongere heel duidelijk vinden dat hij/zij níét meegenomen moet worden door de politie – maar bij hele heftige incidenten, waarbij een medewerker klappen heeft gehad, is er een verplichting ten opzichte van de medewerkers. Dat ze gehoord en gezien worden naar aanleiding van dat wat zíj hebben meegemaakt, dat is het spanningsveld waarin wordt gewerkt. Ernstige mishandeling accepteren we in de maatschappij ook niet. Het is normaal dat we hierop acteren en dat zo’n actie dus gevolgen heeft, dat is logisch.

Wat je doet, is enorm situatie-afhankelijk. Wat is de achtergrond, wat is de problematiek, wat speelt er allemaal omheen? Ingewikkeld maatwerk.In dit geval bleef de jongen wel even in een time-out. Spijtig omdat hij, vlak voordat dit zich afspeelde, zicht had op plaatsing in een open groep. Je hebt maar een kort moment voor reflectie want op een andere plek gebeurde ook wat, waarvoor de hulp van de politie werd ingeroepen. Je ziet dat iedereen hoog in de adrenaline zit, terwijl je wilt achterhalen wat er gebeurd is en hoe je dit in de toekomst kunt voorkomen. De factor tijd speelt dan onherroepelijk een belangrijke (en beperkende) rol.

Twee betrokken medewerkers hadden tijdens de korte evaluatie een gesprek over de uitbarsting van deze jongen, hoe ze dit op deze dag aan hadden zien komen. Een van de medewerkers had daarom tegen de jongen gezegd: “Als ik je kan helpen dan hoor ik het wel hè?!” Doetie gaf aan dat deze medewerkers in zo’n geval de regie hadden moeten pakken, om een escalatie te voorkomen. Doetie is bezorgd over sommige medewerkers, die ze met alle respect ‘jonkies’ noemt. Jonge medewerkers die (nog) niet natuurlijk overwicht hebben en die qua ervaring nog niet zijn opgewassen tegen de heftige gebeurtenissen die bij Woodbrookers toch dagelijkse kost zijn. Het is een ingewikkelde club jongeren die om een overstijgende denkwijze vraagt – met lef en out of the box denken en dóén!

Met lef en out of the box denken en dóén!

Vaak hebben escalaties een domino-effect. Jongeren zitten bij elkaar in de groep. Wanneer een jongere door het lint gaat, dan heeft dat vaak een domino-effect op andere jongeren binnen die groep. Vooral wanneer bijvoorbeeld ook autisme een rol speelt. Het is dan extreem lastig voor deze jongeren om tijdens spanningen alles op een rijtje te houden. We zouden willen dat we geen acht jongeren meer op de groep hebben, maar zes. Het is voor deze jongeren, die met zoveel te dealen hebben, bijna niet mogelijk om binnen een groep te functioneren. Een autistische jongen op een groep van zes jongeren, in plaats van acht, geeft rust en ruimte. Het is minder vol en er is meer tijd voor medewerkers om er voor die jongeren te kunnen zijn. De consequenties in positieve zin: Meer rust, meer ruimte om je terug te trekken. Ruimte om activiteiten op te pakken en er samen even uit te gaan. Dit zijn allemaal zaken die personeels-technisch gezien, voor medewerkers met een groep van acht jongeren, gewoon niet te doen zijn. Eigenlijk zou je het hele klimaat positief willen versterken. Vier jongeren zou prachtig zijn maar dat gaat echt nooit lukken. Het plan voor zes jongeren op een groep wordt nú geschreven, maar je hoeft de krantenkoppen maar te lezen: “De jeugdzorg staat ook financieel onder enorme druk.” Dus je moet wel kijken naar andere fronten om te kunnen besparen. Waarom moeten jongeren per se opgenomen worden wanneer de hulp – die ze nodig hebben – via dagbehandeling mogelijk is? Natuurlijk is dat niet het antwoord voor alle jongeren, maar het zou hier de druk behoorlijk van de ketel kunnen halen.

Wij krijgen hier de jongeren, die op andere plekken niet welkom zijn. Ze zijn té complex en vinden maar lastig een goede plek binnen het systeem. En dat komt ook omdat er financieel geen eer aan te behalen valt. Dat is een keiharde constatering, maar zo is het wel. We weten allemaal dat jongeren niet beter worden van de manier waarop wij – onder financiële druk – onze huidige keuzes maken. Jongeren worden beter van realistische grenzen – weten waar hij/zij aan toe is – en van het ontwikkelen van gezond gedrag. Het is aan ons om die voorwaarden te borgen, ook – en júíst – wanneer we onder financiële druk staan. Het is écht tijd voor omdenken want zoals het nu gaat, blijven we op een verkeerde manier investeren in een generatie die nu al bijna als verloren wordt bestempeld. En daar mogen we ons nooit bij neerleggen!

Onze inzichten uit deze praktijk-ervaring

Wat kunnen we hiervan leren:

We weten eigenlijk dat sommige plekken voor bepaalde jongeren ongeschikt zijn, maar bij gebrek aan alternatieven worden ze hier tóch geplaatst. Zo zou een op een begeleiding voor de jongen uit dit verhaal eigenlijk de enige passende oplossing zijn.

Waardevolle Inzichten:

Een groep van zes jongeren is eigenlijk de max, maar vier jongeren zou ideaal zijn!

Het wel of niet inzetten van een protocol is altijd situationeel;

Aan sommige jongeren valt financieel geen ‘eer te behalen’.

Meer praktijkverhalen? Lees ze hier:

Heb jij ook zo'n verhaal? Doe mee!

Al meer dan 30 voorlopers gingen je… voor :)

En volg onze beweging ook alvast online via:

Wij gunnen alle Friese kinderen de veiligheid & ontwikkeling die ze stuk voor stuk verdienen.

Daarom is NU de tijd aangebroken om elkaar te inspireren, uit te dagen & te helpen

We verzamelen voorbeelden en verhalen en creëeren  nieuwe voorwaarden